WEST BETUWE - Het nieuwe plan voor toekomstbestendige speeltuinen in de gemeente West Betuwe is in de oordeelsvormende raadsvergadering als hamerstuk vastgesteld. Dat betekent dat het voorstel komende week zonder verdere bespreking wordt geagendeerd in de gemeenteraad.
De gemeente telt 112 speeltuinen, 43 speeltuinorganisaties en bijna negenhonderd speeltoestellen. Volgens de gemeente zijn deze plekken belangrijk voor kinderen en de leefbaarheid van de dorpen. Met het nieuwe beleidsplan wil West Betuwe de speelvoorzieningen ook in de toekomst veilig, toegankelijk en goed beheerd houden.
Duidelijke afspraken en meer ondersteuning Wethouder Rutger van Stappershoef noemt het beleid nodig vanwege veranderingen in regels en stijgende kosten. “De afgelopen jaren zijn veel speelplekken al groener geworden en beter verdeeld over de dorpen. Tegelijkertijd neemt de druk op vrijwilligers toe en worden de onderhoudskosten hoger. De wetgeving is strenger geworden. Daarom moeten we duidelijker vastleggen hoe we samenwerken met de speeltuinorganisaties,” zegt hij.
Het plan voorziet in heldere afspraken tussen de gemeente en de speeltuinorganisaties. De gemeente neemt een stevigere rol door een toezichthouder Spelen aan te wijzen als vast contactpunt voor alle organisaties. Daarnaast wordt de subsidie verhoogd zodat deze meegroeit met de kosten voor onderhoud en vervanging.
De organisaties blijven verantwoordelijk voor het beheer en het dagelijkse onderhoud, maar doen dat binnen vaste kaders en wettelijke regels. De gemeentelijke ondersteuning moet ervoor zorgen dat het werk voor vrijwilligers uitvoerbaar blijft.
Samen verantwoordelijk voor speelplezier Het beleid moet bijdragen aan veilige, aantrekkelijke en goed onderhouden speelplekken in alle dorpen. Volgens Van Stappershoef gaat het om meer dan alleen toestellen. “Speeltuinen zijn plekken waar kinderen vrij kunnen spelen en waar ouders elkaar ontmoeten.
Ze dragen bij aan sociale samenhang. Die verantwoordelijkheid dragen we graag samen, zodat kinderen op elke speelplek onbekommerd kunnen blijven spelen.”