REGIO - Een zomerse wandeling in het Gelderse landschap: zon op je gezicht, vogelgezang in je oren. En dan ineens: krak. Een zware tak breekt af en stort naar beneden. Door hitte en droogte gebeurt dat steeds vaker. Gelderland telt van alle provincies de meeste slachtoffers door vallende bomen: 53 doden en gewonden tussen 1998 en 2021. Vooral buiten de bebouwde kom ontstaan gevaarlijke situaties, terwijl toezicht en beheer juist daar tekortschieten.
De oorzaak van dit soort incidenten is een fenomeen dat summer branch drop heet: takken die er van buiten gezond uitzien, breken spontaan af tijdens droog en warm weer. Volgens boomonderzoeker Marinus van Haaften kan dit ontstaan door inwendige scheuren of doordat bomen door de droogte onvoldoende vocht kunnen vasthouden. "De cellen in een tak of boom staan dan niet meer onder spanning. De tak verzwakt, en breekt uiteindelijk af", legt hij uit.
Soms spelen rottende aanhechtingen of windstoten ook een rol. Net als begin deze maand in Winterswijk, toen het door een storm flink misging.
Hoewel beheerders als Geldersch Landschap & Kasteelen hun bomen regelmatig inspecteren, is summer branch drop nauwelijks te voorspellen. “We controleren bomen elke drie jaar, en risicobomen vaker”, zegt boswachter Bram de Jong, “maar sommige takken breken zonder reden af.”
In steden is het boombeheer beter geregeld met vaste inspecties en duidelijke verantwoordelijkheden. In het buitengebied is dat anders: eigenaren variëren van particulieren tot natuurorganisaties, ieder met eigen - of geen - beleid. “Duidelijke afspraken ontbreken vaak”, zegt Van Haaften.
De provincie Gelderland weerspreekt dat de verantwoordelijkheid versnipperd is. “De wet is heel duidelijk: de eigenaar heeft een algemene zorgplicht en daar vallen bomen ook onder”, laat een woordvoerder van het provinciebestuur weten. Toch erkent de provincie dat particuliere grondeigenaren vaak niet op de hoogte zijn van hun verplichtingen. Desondanks is er momenteel geen actieve campagne om hen hierop te wijzen.
Structureel toezicht ontbreekt De cijfers onderstrepen de urgentie. In Gelderland werd liefst 19 procent van alle verwondingen door vallende bomen en takken in Nederland gemeld. Dat blijkt uit een analyse van incidenten over de afgelopen jaren. Toch ontbreekt in landelijke gebieden structureel toezicht. De provincie controleert haar eigen bomen elke drie jaar en neemt indien nodig maatregelen. Natuurbeheerders kunnen subsidie krijgen, maar zijn zelf verantwoordelijk voor inspectie.
Volgens De Jong bemoeilijkt het streven naar biodiversiteit het inschatten van risico’s: “We kappen niet zomaar, maar niet alle bomen zijn in goede conditie.”
Wie grijpt in? Wettelijk gezien heeft elke grondeigenaar een zorgplicht: hij of zij moet zorgen dat bomen geen gevaar vormen. Maar veel particuliere eigenaren zijn zich daar helemaal niet van bewust. Experts waarschuwen: zonder controles blijven risico’s toenemen. Toch ziet de provincie geen aanleiding om controle-eisen in te voeren. De verantwoordelijkheid blijft bij de eigenaar.
Verzekeraar AgriVer, die bos- en natuureigenaren verzekert, ziet dat de schadelast door tak- en boomval de laatste jaren stijgt. De verzekeraar pleit voor betere bewustwording én voor regionaal afgestemd beleid.
Volgens experts zou het helpen als ook in landelijke gebieden structurele boomcontroles worden ingevoerd, net als in de stad. “Zonder toezicht en samenwerking blijven de risico’s toenemen”, waarschuwt Van Haaften. Maar vanuit de provincie is er geen sprake van het invoeren van minimale richtlijnen voor controlefrequenties in het buitengebied. Het blijft de verantwoordelijkheid van de individuele eigenaar.