RAVENSWAAIJ - Ze schrok zich rot toen haar hondje Puck onlangs plotseling hard begon te niezen en te schuimbekken en kwijlen. Marianne van Veen uit Ravenswaaij kwam met Puck bij de Dierenkliniek Tiel terecht. Hier bleek uiteindelijk dat ze een grasaar in haar neus had. "Ze was echt niet meer de oude", zegt Marianne. En Puck blijkt niet de enige hond die last van grasaren heeft. "We zien in deze tijd van het jaar meer dieren met problemen aan het oor of de neus door grasaren", zegt Mariska van Roosendaal van Dierenkliniek Tiel.
"Puck wilde niet meer spelen en ging ook niet meer kluiven op een botje. Het was best heel zielig en vervelend", zag Marianne. Ze ging uiteindelijk met Puck naar Dierenkliniek Tiel: "Ze moest onder narcose om te kijken wat er zat en of het überhaupt verwijderd kon worden. Toen bleek het dus een grasaar te zijn. Het was wel intensief voor zo'n beestje, want ze ging wel onder volledige narcose."
Weerhaakjes en scherpe punt Bij de kliniek zien ze tijdens het maaiseizoen vaker dieren komen die ergens een grasaar hebben zitten. "Het kan eigenlijk overal komen waar een grasaar kan opkruipen, dat kan bijvoorbeeld ook tussen de tenen zijn van een dier", legt dierenarts Mariska van Roozendaal uit. "Het vervelende van zo'n grasaar is dat deze een soort kleine weerhaakjes heeft. Het puntje is heel scherp, dat prikt zich in de huid en het boort zich gewoon daadwerkelijk in het weefsel. Bij elke beweging kruipt de aar als het ware verder in de huid. In de oren kan het ook door het trommelvlies heen prikken. En bij de neus komt het in het neusslijmvlies vast te zitten."
De grasaren kunnen behoorlijke gevolgen hebben voor de dieren. "Tussen de poten geeft het ontsteking", vertelt Van Roosendaal. "Bij de ogen ook, want daar kan de grasaar ook nog achter gaan zitten. Bij de poten gaat het soms ook echt open en komt er pus uit. Het doet natuurlijk ook pijn en je ziet dat de dieren er vaak kreupel van lopen. Bij de oren en neus irriteert het ook als een bezetene en zal het dier zich heel ellendig voelen."
Nog beter opletten Met Puck ging het na de ingreep snel weer beter. Marianne let nu wel nog beter op met haar hond: "Je ziet op dit moment wel heel veel grasaren. Ik probeer Puck daar altijd bij weg te trekken. En controleer ook je eigen tuin. Wij hebben rondom weilanden liggen. Er hebben door de haag heen toch wat grasaren in onze tuin kunnen groeien en die had ik niet ontdekt, maar Puck dus wel. Dus in de gaten houden en vermijden."
Van Roosendaal sluit zich aan bij dat advies: "Eigenlijk zou je het beste gewoon op het asfalt kunnen blijven in deze periode van het jaar. Het kan ook nuttig zijn om je hond na een wandeling sowieso te controleren. En bij de eerste signalen op tijd naar de dierenarts, want dan zijn de aren ook beter te verwijderen. "
