
VIANEN - Leerlingen zijn bij de piepjestest sneller uitgeput dan voorheen en de motivatie is soms ver te zoeken. Nee, voor Maarten de Bruin, sportdocent op het Oosterlicht College in Vianen, komt het rapport van NOC*NSF niet uit de lucht vallen. Daarin staat dat nog altijd minder jongeren aan sport doen dan vóór corona. "Hyperventilatie en blessures komen in de les vaker voor."
Eerlijk is eerlijk: veel leerlingen zien een gymles al jarenlang als een moetje. Maar waar vroeger nog weleens gejuich opging als voetbal op het programma stond, klinkt het nu steeds vaker: "Oh, voetbal. Daar ben ik wel klaar mee."
Leerlingen vinden sporten vaak wel leuk, maar als gymdocent ben je tegenwoordig de ganse dag bezig met motiveren, motiveren, motiveren, aldus De Bruin. In de pauze trappen de tieners geen balletje meer, haalt hij op, maar zitten ze liever op hun mobiele telefoon.
'Meer online spelletjes'
Corona heeft dat erger gemaakt, ziet hij. "Leerlingen zijn andere gewoontes gaan ontwikkelen. Ze konden niet naar de sportvereniging. Natuurlijk kon je wel een rondje hardlopen, maar vraag aan een willekeurige jongere: zullen we fijn een rondje gaan wandelen? Ik denk niet dat ze daar om zitten te springen."
Jongeren zijn in de tussentijd meer online spelletjes gaan spelen, weet De Bruin. En daarvan leer je bijvoorbeeld wel omgaan met winnen en verliezen. "Maar fysiek denk ik wel dat er een achteruitgang heeft plaatsgevonden."
Dat ziet de sportdocent ook terug in zijn lessen. Hij somt op: "Op conditietesten als de piepjestest wordt veel lager gescoord dat voorheen. Sommige leerlingen halen niet eens trap 2 (bij trap 6 heb je nét een voldoende, red.). Dan hoor je: ik heb geen zin meer, ik stop ermee."
Tot de max gaan
Motivatie en doorzetten is een uitdaging, merkt de Bruin. "Ze geven eerder op en de spanningsbogen zijn korter. In coronatijd konden ze nu eenmaal ook zelf bepalen wat ze wilden doen. Dat doorzetten en tot de max gaan, zie ik minder."
Blessures en puffertjes
De gevolgen van niet of weinig sporten in de vrije tijd is ook te merken in de lessen. De Bruin: "Ik heb in mijn les steeds vaker te maken met hyperventilatie, blessures en lichamelijke kwaaltjes. Vroeger had niemand een puffertje (voor astma, red.) bij zich, nu zie ik er drie per klas."
Toch maakt hij zich geen zorgen. Er ligt juist een taak bij sportdocenten als hij, vindt hij. De spanningsbogen moeten weer "opgerekt" worden en docenten, coaches en trainers moeten proberen de tieners weer warm te laten lopen voor sport.
Wat er dan moet gebeuren? De Bruin doet daarom bijvoorbeeld challenges in zijn lessen, waarbij leerlingen elkaar mogen uitdagen: kan jij dit ook? Dan krijg je een punt. Kan de ander het niet? Krijgt de eerste een punt. Alles om het plezier te vergroten. "We moeten het tij keren, zodat iedereen weer weet: sporten is leuk."
© Stichting Publieke Omroep Buren, Culemborg, Vijfheerenlanden en West Betuwe (1983-2023)