OMMEREN - Het avontuurlijke verhaal over 'de schat van Ommeren' prikkelt de fantasie. Mogelijk ligt hij nog ergens in de Betuwe, maar het kan net zo goed zijn dat hij allang is opgegraven. Stel, de miljoenenschat in Ommeren ligt er nog en je graaft hem op. Is het dan van jou? Vijf vragen en antwoorden aan Rian Bobbink, universitair docent rechtsgeschiedenis aan de Radboud Universiteit.
Gouden horloges, briljanten en juwelen die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn gestolen uit een Arnhemse bank na een explosie. Deze buit zou begraven liggen in Ommeren, bracht het Nationaal Archief dinsdag naar buiten tijdens Openbaarheidsdag.
Je vindt een schat. En dan? "Het eerste dat je moet doen is aangifte doen van de vondst bij de gemeente of bij de politie", legt de universitair docent uit. "De vervolgvraag is dan of de eigenaar van de schat nog kan worden opgespoord."
Als dat niet kan, dan spreek je van een schat. Bobbink: "Een schat is volgens de wet iets van waarde dat zolang verborgen is geweest, dat de eigenaar niet kan worden achterhaald." Dat zou in dit geval kunnen, want het is heel lang geleden.
Wat als de eigenaar wordt achterhaald? De vervolgstap is het vaststellen of de eigenaar van de waarde kan worden vastgesteld. In dit geval kan dat een hele kluif worden, denkt Bobbink. "Dat zal moeilijk zijn. Als het afgegeven is bij een bank, dan zou het kunnen zijn dat daar een bewijs van is", oppert hij. "Bijvoorbeeld: een papier waarop staat dat ik op deze datum een gouden horloge heb afgegeven aan deze bank", somt de rechtskundige op. "Je zou ook kunnen denken aan graveringen die kunnen bewijzen dat het gouden horloge van je voorouders is", gaat hij verder. In dat geval moet de vinder afstand doen van de 'schat' die hij heeft gevonden.
Krijgt de vinder dan helemaal niets? Nee, zo werkt het niet, zegt Bobbink. Je hebt recht op vindersloon. Verder is over het vindersloon niet veel bekend, omdat er weinig procedures over zijn. "De wetgever heeft gezegd bij het opstellen van deze wet dat je moet kijken naar de hoeveelheid moeite die de vinder erin heeft gestoken en de kosten waarmee dat gepaard ging. Het hangt dus af van de omstandigheden van het geval."
Wat ook nog kan is dat de waardevolle spullen worden gevonden door iemand op grond die niet van die persoon is. Als dat zo is, en de eigenaar kan niet worden vastgesteld, dan wordt de waarde gedeeld met zowel de eigenaar van de grond als de vinder. "De schat komt dan van gelijke delen in eigendom van de eigenaar van de grond waar de schat is gevonden en van de ontdekker."
En als je de schat vindt op je eigen grond? Dan geldt nog steeds dat de eigenaar als eerste moet worden opgespoord. Als dat niet lukt, dan is de schat helemaal voor jou. De eigenaar van de grond en de ontdekker van de schat zijn dan dezelfde persoon.
Komt de rechter er nog tussen? "Dat hoeft niet per se", legt Bobbink uit. "Als iemand kan aantonen dat hij de eigenaar is, dan zal natuurlijk de vinder die spullen afgeven aan de eigenaar en daarmee is de kous af. Als de vinder zegt: ik geloof niet dat jij de eigenaar bent of de vinder neemt geen genoegen met het vindersloon, dan moet de rechter zich erover buigen."